In de brochure Best-Practices: Pop-up fietsparkeren zet CROW-Fietsberaad de ervaringen met pop-stallingen op een rij. Nogal wat gemeenten hebben daar inmiddels de nodige ervaring mee opgedaan. Hetzij met krijtverf vakken, met hekken, of met Led-projectie in de avonduren.

Zo paste men in Groningen pop-stallingen toe op de Grote Markt, in afwachting van de ingebruikneming van een grote ondergrondse stalling. Met gele krijtverf die ook in het donker te zien is, werd zo parkeerruimte gemaakt voor 700 tot 800 fietsen. In Amsterdam zijn op een deel van de Albert Cuypstraat witte thermoplastlijnen gecombineerd met een diaprojector die de lijnen ’s avonds doet oplichten en zo de tijdelijke stallingsplek zichtbaar maakt. En Nijmegen past groen ledlicht toe in de vorm van een groot fietslogo in de Bisschop Hamerstraat om fietsparkeerplekken -vooral bedoeld voor cafébezoekers- aan te geven.

Gewoon met hekken kan ook. Dat vraagt wel menskracht om de zaak op te bouwen en weer af te breken. Zo doet men het bijvoorbeeld in Zwolle en Utrecht, waarbij soms gebruik wordt gemaakt van speciaal ingerichte opleggers om de rekken makkelijk te vervoeren.

Van een wat andere orde zijn de fietsvlonders. Een Rotterdamse vinding om de potentie van extra fietsparkeervakken uit te testen door tijdelijk houten vlonders met fietsklemmen te plaatsen. De ervaringen zijn positief en het idee heeft inmiddels navolging gekregen in enkele gemeenten. Ook het dubbelgebruik van laad- en losplekken raakt in zwang. Amsterdam is daarin koploper.

De ervaring leert wel dat je - zeker in het begin - vaak fietscoaches zult moeten inzetten om fietsers een handje te helpen, hetgeen natuurlijk een kostenpost is. En soms ook is extra handhaving nodig. Met gerichte communicatie valt ook veel te winnen. Maak duidelijk waarom de tijdelijk stalling in het leven is geroepen, waar deze is, op welke tijdstippen je er je fiets kwijt kunt wat de regels zijn.