Op 7 december bereikten het Europees Parlement en de Europese raad overeenstemming over de inhoud van deze richtlijn, die voornamelijk gericht is op het verminderen van het energiegebruik van gebouwen en het gebruik van fossiele brandstoffen naar nul te laten dalen. Daarbij hoort ook het stimuleren van duurzame mobiliteit, bijvoorbeeld door het standaard aanleggen van laadinfrastructuur voor elektrische voertuigen in nieuwe gebouwen en het voorzien in fietsparkeerplaatsen.
 
Twee fietsparkeerplaatsen
Bij nieuwbouw en renovatie van woongebouwen die meer dan drie parkeerplaatsen hebben moeten er volgens de richtlijn minimaal twee fietsparkeerplaatsen per wooneenheid komen. Bij gebouwen zonder autoparkeerplaatsen zou deze norm ideaal gezien ook aangehouden moeten worden maar de richtlijn is hierin niet bindend. Ook het voorzien in laadinfrastructuur voor elektrische fietsen in woongebouwen is opgenomen in de richtlijn.
Bij nieuwbouw en renovatie van niet-woongebouwen die meer dan vijf parkeerplaatsen hebben moeten er genoeg fietsparkeerplaatsen zijn voor 15 procent van het gemiddeld aantal gebruikers van het gebouw en 10 procent voor het totaal aantal gebruikers. Daarbij moet men ook rekening houden met fietsen met grotere afmetingen, zoals bakfietsen. Voor bestaande gebouwen met meer dan twintig parkeerplaatsen gelden dezelfde getallen.
De norm lijkt niet keihard: lidstaten mogen hier onder bepaalde condities van afwijken.
 
Belangrijke stap
Volgens de European Cyclists’ Federation is de fietsparkeernorm een belangrijke stap omdat de afwezigheid van veilige fietsparkeerplaatsen een van de barrières is voor fietsbezit- en gebruik. Als de richtlijn begin 2024 officiëel wordt aangenomen, hebben lidstaten twee jaar de tijd om de regelgeving in de nationale wetgeving over te nemen.
 
Bronnen: European Cyclists’ Federation, Europese Unie