Het aandeel van de auto in het woon-werkverkeer moet terug van 70% tot 60%. De fiets en het ov moeten hun aandeel minstens vergroten tot 20%. Dat is de kern van het Pendelplan van de Vlaamse minister van Mobiliteit Kathleen Van Bremp.

'Het Pendelplan, voor een duurzaam woon-werkverkeer' is de naam van het plan waarmee Van Brempt het woon-werkverkeer in Vlaanderen wil aanpakken. Het plan, dat onlangs door het kabinet werd aangenomen, is tot stand gekomen in overleg met openbaar vervoermaatschappijen, provincies, sociale partners, Vlaamse Stichting Verkeerskunde, mobiliteitsverenigingen, enzovoort.
Elke dag moeten zo'n 2,5 miljoen Vlamingen op het werk zien te komen. 27% van de mensen woont op minder dan vijf kilometer van het werk. De fiets is daarom een uitstekend alternatief voor het enorme aantal autoverplaatsingen, aldus de minister. En de fiets is ook een zeer belangrijk aanvullend vervoermiddel.
Vlaanderen wil daarom binnen tien jaar 650 kilometer nieuwe fietspaden aanleggen die bestemd zijn voor fietsende werknemers. Bovendien wil de Vlaamse overheid gemeenten financieel ondersteunen bij het aanleggen van fietspaden langs gemeentewegen die vaak gebruikt worden door woon-werkers.
Net als het regeerakkoord gaat ook het Pendelplan uit van het STOP-principe (stapper-trapper-openbaar vervoer en dan privaat vervoer). De Vlaamse overheid zal dan ook het initiatief nemen om samen met de minister van Openbare Werken, de Lijn, de NMBS en de gemeenten een concreet voorstel uit te werken voor meer veilige en comfortabele fietsenstallingen bij ov-halten.
Verder zullen bedrijven worden gestimuleerd om fietsvriendelijke maatregelen te nemen, zoals goede fietsenstallingen, kleedruimtes, douches, enz.