Het rotondebeleid in Friesland blijft tweeslachtig. Ook in het nieuwe Verkeers- en Vervoerplan kiest de provincie niet voor een eenduidige aanpak.

Volgens CROW-richtijnen verdient het aanbeveling om fietsers binnen de bebouwde kom mee te laten lopen in de voorrang, en buiten de bebouwde kom niet.
De provincie Friesland hanteert als algemeen vertrekpunt het feit dat op bestaande rotondes het fietsverkeer 'uit de voorrang' wordt afgewikkeld, met uitzondering van enkele rotondes in de gemeenten Leeuwarden en Smallingerland. 'In nieuwe situaties worden fietsers 'uit de voorrang' afgewikkeld op vrijliggende fietspaden langs rotondes', zo meldt het nieuwe PVVP. De provincie laat daarbij in het midden of het om rotondes binnen of buiten de bebouwde kom gaat.
Wat betreft de voorrangsregeling zijn uitzonderingen mogelijk wanneer een uniforme toepassing op een bepaalde route wordt gerealiseerd, of de samenstelling van het verkeer daartoe aanleiding geeft, aldus het PVVP. Bij aanpassing c.q. nieuwbouw van rotondes wordt echter richtlijn 126-A van het CROW in acht genomen. Bestaande rotondes worden niet actief aangepast omdat hiervoor de vormgeving ingrijpend moet worden veranderd, aldus de nota.

Verder zet de opkomst van de fietssnelweg ook door in deze Friese verkeersnota. Eerder al werd het begrip ge�ntroduceerd in Brabant, Overijssel en Drenthe. Het gaat om fietsroutes van het landelijk gebied richting centrum waarbij de fietser zoveel mogelijk voorrang krijgt bij kruisingen, en met een verharding van ten minste 3,5 meter.
Aan de andere kant wordt spaarzamer met verlichting omgesprongen. In afwijking van het PVVP 1999 is het geen automatisme meer om langs de belangrijkste fietsroutes verlichting te plaatsen. 'Er dient vooraf getoetst te worden aan een aantal criteria, zoals de mate waarin een locatie als sociaal onveilig is te beschouwen en/of het een route is naar scholen, enzovoort. Natuur en milieubelangen zijn hier ook onderdeel van', zo stelt de nota.