Achtergrond problematiek fietsveiligheid
De fiets vervult als vervoer-, sport- en recreatiemiddel een belangrijk aandeel in het Nederlandse wegverkeer. Het een aandeel van 34 procent in de vervoerswijzekeuze verplaatsingen tot 7,5 kilometer en een aandeel van 26 procent in alle verplaatsingen speelt de fiets een grote rol in het verplaatsingsgedrag van Nederlanders. Een Nederlander fietst gemiddeld zo’n 850 kilometer per jaar. In Nederland leggen fietsers jaarlijks in totaal 14 miljard fietskilometers af. Voor kinderen en schoolgaande jeugd is fietsen, naast lopen, zelfs de belangrijkste manier om zich te verplaatsen.
Fietsers vormen een kwetsbare groep deelnemers in het Nederlandse verkeerssysteem dat wordt gedomineerd door gemotoriseerd verkeer. Fietsers mengen zich onbeschermd en met een relatief groot snelheidsverschil met ander verkeer. Met name onder ouderen vallen veel slachtoffers. Van de 12.000 ernstig verkeersgewonden in 2012 betreft het in 75 procent van de gevallen een enkelvoudig fietsongeval en 25 procent een meervoudig ongeval (aanrijding met andere verkeersdeelnemer). Circa driekwart van de ongevallen vindt plaats in de bebouwde kom. Jaarlijks worden er 67.000 fietsers behandeld op de spoedeisende hulp. De laatste jaren vallen er onder fietsers jaarlijks circa 200 doden. Van de 200 doden valt 60 procent binnen de bebouwde kom.
Als specifieke slachtoffergroepen die zich ongunstig ontwikkelen, zijn in de Beleidsimpuls Verkeersveiligheid ouderen en fietsers genoemd. Maar ook jongeren krijgen specifieke aandacht in de Beleidsimpuls, omdat zij bovengemiddeld kwetsbaar zijn in het verkeer.