Leidt het bevorderen van het fietsen tot meer verkeersslachtoffers? Ook het SWOV-rapport 'Volksgezondheid en verkeersveiligheid' geeft daar geen definitief uitsluitsel over. Wel benadrukt het rapport het belang van op veiligheid gericht fietsbeleid.

In het rapport 'Volksgezondheid en verkeersveiligheid' behandeld drs. M. Amelinks van de SWOV de relatie tussen de sectoren volksgezondheid en verkeersveiligheid. Maatschappelijke ontwikkelingen en (voorgenomen) beleid in andere beleidssectoren dan die van verkeersveiligheid, kunnen voor de verkeersveiligheid van belang zijn. Zo stimuleert de sector volksgezondheid vervoerswijzen als lopen en fietsen om mensen meer te laten bewegen. Als dit beleid succesvol is, levert het hogere percentages in de mobiliteit van deze vervoerswijzen op, aldus Amelinks. 'Het risico van deze groepen heeft twee aspecten: enerzijds zijn voetgangers en fietsers kwetsbaarder in het verkeer, maar aan de andere kant kunnen zij weinig schade toebrengen aan andere verkeersdeelnemers', zo schrijft Amelinks. 'Op de ranglijst van risicovolle vervoerswijzen staan lopen en fietsen tweede en derde. Deze ontwikkeling is dus in het algemeen niet gunstig voor de ontwikkeling van het aantal verkeersslachtoffers.'
Maar Amelinks tekent daar wel bij aan dat op verkeersveilige locaties het stimuleren van langzame langzame vervoerswijzen wel degelijk gunstig is voor de verkeersveiligheid.
Of de gezondheidswinst door fietsen een aspect is om rekening mee te houden, vermeldt het rapport overigens niet.