Gevraagd naar oplossingen ziet Saskia Kluit (Fietsersbond) onder andere mogelijkheden door routenetwerken anders in te delen. ‘Het huidige hoofdnet-fiets moet zo blijven en naar de CROW-normen worden gebracht. Het tweede netwerk – dat erbij zou moeten komen - is het niveau daaronder, alleen voor kwetsbare mensen, voor ouderen, kinderen, ontworpen voor plezier en ontspanning. Een derde netwerk is gericht op snelle en zware voertuigen, die qua massa en snelheid nog niet thuishoren op de 50 km-autoweg, zoals de cargobike.’
Otto van Boggelen pleit voor een meer pragmatische aanpak, mede omdat de geschiedenis leert dat een wat andere categorie-indeling vroeg of laat geen oplossing biedt. ‘Kijk niet naar wat voor voertuig is het is, maar ga voor een maximumsnelheid op het fietspad. Waarbij je wel grenzen moet stellen aan massa en omvang van zo’n voertuig. De toekomst zou kunnen zijn dat er fietspaden bestaan met een maximumsnelheid van 20 of 25 km/uur en fietspaden – bijvoorbeeld buiten de bebouwde kom - met 40 km/uur als maximum. Een speed-pedelecrijder of een racefietser kan dan zelf kiezen tussen het fietspad of de rijbaan, als hij zijn snelheid maar aanpast.’