Schoon, stil en snel

  • Soort:Onderzoeksrapporten
  • Auteur:Jaco Berveling | Saeda Moorman
  • Uitgever:Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid | KiM
  • Datum:16-07-2018
Te verwachten reacties op het mogelijk uitfaseren van de snorfiets met verbrandingsmotor.

 

Klik op de knop om de link te openen (opent in een nieuw venster)

downloaden
  • Snorfietsen in Nederland

    Nederland is een fietsland. Maar niet alleen fietsen zijn populair, dat geldt ook voor snorfietsen. Het aantal snorfietsen met een verbrandingsmotor is de laatste tien jaar gestaag toegenomen. In 2007 waren er ongeveer 300.000 snorfietsen, in 2017 is dit aantal gestegen tot bijna 700.000.
    De populariteit van de snorfiets is verklaarbaar. Het vervoermiddel is makkelijk te parkeren, goedkoop in aanschaf en gebruik en (in de stad) in veel gevallen sneller dan de fiets, de auto en het openbaar vervoer. Je hoeft geen helm op en het is, zeker wanneer je een scootermodel bezit, een leuk vervoermiddel.
    De snorfiets heeft echter ook een belangrijke keerzijde. Snorfietsen zorgen voor geluidsoverlast, de snorfietsers rijden vaak te hard en vertonen soms gevaarlijk rijgedrag. Het risico op een verkeersongeluk is groot vergeleken met andere vervoerswijzen. Bovendien zijn de snorfietsen vervuilend.
    Dit laatste aspect was voor de Tweede Kamer reden om te vragen of de snorfiets uitgefaseerd zou kunnen worden. Het is de vraag hoe snorfietsbezitters op een eventueel ‘uitfaseren’ zullen reageren. Wat gaan zij doen wanneer de benzine-snorfiets op enige termijn niet meer te krijgen valt? Wie zijn de gebruikers en zullen ze te zijner tijd overstappen op andere vervoermiddelen, zoals de elektrische snorfiets? En welke weerstand is bij deze groep te verwachten?
    Om deze vragen te beantwoorden is de beschikbare literatuur geïnventariseerd en is een werksessie gehouden met deskundigen en stakeholders. Daarbij is met name aandacht besteed aan de te verwachten gedragsreacties.


    Gebruikers

    Uit de inventarisatie blijkt dat niet zozeer jongeren als wel ouderen een snorfiets bezitten. In 2017 is 46 procent van de snorfietsbezitters 50 jaar of ouder. Het aantal ouderen dat een snorfiets bezit is de laatste jaren gegroeid, terwijl bij jongeren (16-20 jaar) het snorfietsbezit vrijwel constant is gebleven. De snorfiets wordt vooral gebruikt voor recreatief en woon-werkverkeer. Het gaat daarbij veelal om korte ritten. 52 procent van alle verplaatsingen heeft een afstand van minder dan 5 km.


    Mogelijke gedragsreacties

    Uit enquêtes blijkt dat slechts een klein deel van de snorfietsers de aanschaf van een elektrische snorfiets overweegt (in een enquête onder ANWB-leden: 6 procent). In ander onderzoek geven respondenten aan dat bij een verbod op benzinescooters en -brommers men vaker de fiets (51 procent) en het openbaar vervoer (30 procent) zou nemen. 14 procent geeft aan over te zullen stappen op een elektrische scooter.

    Of de bezitters van snorfietsen met een verbrandingsmotor hun vervoermiddel zullen inruilen voor een (elektrische) fiets, openbaar vervoer, brommer of elektrische snorfiets is afhankelijk van verschillende gedragsfactoren. In eerste plaats gaat het om persoonlijke omstandigheden en belemmeringen. De meeste eigenaren zijn tevreden met hun huidige benzine-snorfiets (57 procent) en in hun ogen is de elektrische snorfiets nog geen volwaardig alternatief. Zo heeft de huidige elektrische snorfiets vergeleken met een benzine-snorfiets een hogere aanschafprijs en een beperktere actieradius. Bovendien moeten de accu’s worden opgeladen, wat relatief veel tijd kost. In de tweede plaats kan het ontbreken van kennis en vaardigheden een barrière zijn voor de doorbraak van elektrische snorfietsen. Veel mensen zullen nog onbekend zijn met het product en er geen gebruikservaring mee hebben. In de derde plaats spelen motieven een rol. Uit de (beperkt voorhanden) literatuur blijkt dat veel snorfietsbezitters een schoner milieu weliswaar belangrijk vinden, maar dit niet snel vertalen in ander gedrag. In de vierde plaats is de sociaal-culturele omgeving een belangrijke gedragsfactor. De ‘early adopters’ kunnen elektrische scooters op basis van eigen ervaringen geloofwaardig promoten. Het aantal mensen dat een elektrische snorfiets bezit is echter nog klein (6 procent van alle snorfietsen). Een laatste factor is het menselijk keuzeproces. Mensen zijn geen puur rationele actoren en zullen meer gericht zijn op lage aanschafkosten en minder aandacht hebben voor lage gebruikskosten. Wil de elektrische snorfiets een aantrekkelijk alternatief worden, dan is ondersteuning met beleidsmaatregelen noodzakelijk. Deze maatregelen kunnen liggen op het terrein van regelgeving (milieuzones) en subsidies, maar ook inspelen op psychologische en sociale processen. 

Relevantie

Scroll naar boven