Dit stelt SWOV-onderzoeker Charlotte Bax in zijn promotieonderzoek waarop hij promoveerde aan de Radboud Universiteit Nijmegen. Bax onderzocht het gebruik van wetenschappelijke kennis in verkeersveiligheidsbeleid.
Bax interviewde voor haar onderzoek onder andere 14 gemeenten over hun verkeersveiligheidsbeleid en vroeg in hoeverre er gebruik werd gemaakt van wetenschappelijke verkeersveiligheidskennis. Hieruit bleek dat decentrale overheden de kennis wel vaak gebruiken, maar verkeersveiligheidsmaatregelen niet altijd toepassen. Zo bleken de 14 onderzochte gemeenten op de helft van hun wegen ándere belangen dan verkeersveiligheid voorrang te geven. Drempels of andere verkeersremmende maatregelen werden bijvoorbeeld niet aangelegd, omdat deze de doorstroming hinderden, overlast gaven voor omwonenden, duur waren of het landschappelijk karakter aantastten. Volgens de gemeenten ontbreekt het hen aan kennis hoe verkeersveiligheid in beleidsvormingsprocessen tegen andere belangen af te wegen.
Hoewel Bax constateert dat veel verkeersveiligheidskennis door decentrale overheden goed wordt gebruikt, is er een kloof tussen de beschikbare kennis enerzijds en de kennis waar gemeenten en provincies behoefte aan hebben. In Nederland zijn bijvoorbeeld risicocijfers en effectberekeningen over verkeersveiligheidsmaatregelen alleen voor het land als een geheel beschikbaar. Provincies en gemeenten willen echter preciezer weten hoe die maatregelen voor hún gebied of wegen uitpakken. Op dat detailniveau ontbreken gegevens. Verkeersveiligheid is bovendien vaak onderdeel van een breder verkeer- en vervoerbeleid, terwijl veel kennis over verkeersveiligheid geproduceerd en benaderd wordt als apart beleids- en onderzoeksonderwerp.
Om de kloof tussen kennis en beleid te dichten beveelt Bax o.a. aan dat decentrale overheden en kennisinstituten meer en beter communiceren over de behoefte aan en beschikbaarheid van kennis. Ook kunnen er instrumenten worden ontwikkeld waarmee decentrale overheden verkeersveiligheid op goede manier kunnen afwegen tegen andere belangen in de beleidsvorming. Hierbij kan worden gedacht aan kosten-baten analyses, multi-criteria-analyses, veiligheidseffectrapportages, maar ook betere instrumenten in de communicatie tussen overheid en burgers.