De kracht van de fiets

  • Soort:Onderzoeksrapporten
  • Auteur:Hugo Kampen en Wilbert Wentink
  • Uitgever:Gemeente Amsterdam - Dienst ruimtelijke ordening
  • Datum:02-06-2009
Dit rapport bevat een onderzoek naar het fietsgebruik in krachtwijken. Het idee om hier onderzoek naar te doen is ontstaan naar aanleiding van de openbare prijsvraag 'De fietsvriendelijke wijk', uitgeschreven door de Fietsersbond.

 

Klik op de knop om de link te openen (opent in een nieuw venster)

downloaden
  • Samenvatting

    Dit rapport bevat een onderzoek naar het fietsgebruik in krachtwijken. Het idee om hier onderzoek naar te doen is ontstaan naar aanleiding van de openbare ideeënprijsvraag ‘De fietsvriendelijke wijk’, uitgeschreven door de Fietsersbond. Volgens de bond en diverse andere partijen wordt er minder gefietst in krachtwijken. De eerste stap van het afstudeerproject was om te onderzoeken of dit daadwerkelijk zo is. Er is gekeken naar vijf krachtwijken in Amsterdam, te weten Indische Buurt-West, Landlust, Volewijck, Osdorp-Oost en het zuiden van de wijk Bijlmer-Oost. 

    Fietsgebruik krachtwijken 

    Uit deze eerste stap blijkt dat niet per definitie in alle krachtwijken minder wordt gefietst dan het Amsterdamse gemiddelde van 39%. In de wijk Landlust wordt zelfs meer gefietst. In de overige wijken wordt wel degelijk minder gefietst - tot wel 23% minder dan het gemiddelde percentage voor Amsterdam. Om te weten welke invloedsfactoren er zijn voor (laag) fietsgebruik, is in stap twee een literatuurstudie gedaan. ‘De kracht van de fiets’ is echter niet alleen een samenvatting van alle beschikbare literatuur, maar biedt ook een invullijst om een maatregelenpakket voor iedere specifieke krachtwijk samen te stellen. Niet voor iedere krachtwijk gelden dezelfde invloedsfactoren, waardoor wijkspecifieke maatregelen nodig zijn.

    Invloedsfactoren per krachtwijk

    Om te weten welke factoren van invloed zijn op elke specifieke krachtwijk, zijn de cijfers
    van alle factoren van de vijf krachtwijken met behulp van de lijst in stap drie vergeleken
    met dezelfde cijfers van Amsterdam gemiddeld. Daar zijn een aantal conclusies uit te
    trekken. Hieronder zijn per wijk de belangrijkste positieve (+) en negatieve (-)
    invloedsfactoren op het fietsgebruik kort beschreven: 

    Indische Buurt-West + Kleine afstand tot centrum
    + Laag autobezit
    + Veel bewaakte fietsenstallingen
    - Hoog aandeel niet-westerse allochtonen
    - Hoog aandeel eerste generatie allochtonen
    - Hoog aandeel openbaar vervoerabonnementen onder jongeren
    - Veel fietsers slachtoffer van ongeval
    Landlust + Kleine afstand tot centrum
    + Laag autobezit
    + Goede bereikbaarheid fiets
    - Hoog aandeel niet-westerse allochtonen
    - Hoog aandeel eerste generatie allochtonen
    - Hoog aandeel openbaar vervoerabonnementen onder jongeren
    - Slechte stallingmogelijkheden
    Volewijck + Laag bezit openbaar vervoerabonnementen
    - Hoog aandeel openbaar vervoerabonnementen onder jongeren
    - Slechte bereikbaarheid fiets
    - Weinig ondersteuning voor de fiets
    - Lage voorzieningendichtheid
    - Gratis parkeren
    Osdorp-Oost + Weinig slachtoffers fietsendiefstal
    - Hoog aandeel Marokkanen
    - Hoog aandeel ouderen (>75 jaar)
    - Hoog aandeel openbaar vervoerabonnementen onder jongeren
    - Slechte stallingmogelijkheden
    - Goede bereikbaarheid met de auto
    - Grote afstand tot centrum
    zuiden Bijlmer-Oost + Veel personen onder 18 jaar
    + Laag autobezit
    + Weinig fietsers slachtoffer van ongeval
    - Zeer hoog aandeel niet-westerse allochtonen
    - Hoog aandeel openbaar vervoerabonnementen onder jongeren
    - Slechte stallingmogelijkheden
    - Goede bereikbaarheid met de auto
    - Slechte bereikbaarheid fiets
    - Lage voorzieningendichtheid
    - Hoge sociale onveiligheid
    - Geen ondersteuning voor de fiets
    - Gratis parkeren
    - Grote afstand tot centrum 

    Maatregelen

    Per categorie, waarin de invloedsfactoren zijn ingedeeld, is gezocht naar maatregelen die
    zorgen voor hoger fietsgebruik. Hierdoor ontstaan passende probleemgerichte
    maatregelen. Het voert te ver om in de samenvatting alle maatregelen op te noemen die in hoofdstuk 6 beschreven staan. In hoofdstuk 7 staat een voorbeelduitwerking van een
    maatregelenpakket van de krachtwijk Osdorp-Oost. 

    Conclusies en aanbevelingen

    Na het gebruiken van de lijst met invloedsfactoren waarin de vijf krachtwijken in Amsterdam en de gemiddeldes van Amsterdam met elkaar worden vergeleken, blijkt dat er meerdere factoren van invloed zijn op het fietsgebruik in een wijk. De belangrijkste zijn het hogere aandeel niet-westerse allochtonen in een wijk (uit status- en cultuuroverwegingen fietsen zij nauwelijks) en het hoge aandeel jongeren dat in het bezit is van een openbaar vervoer abonnement (het openbaar vervoer is dan de concurrent van de fiets). 

    Er zijn echter ook een aantal factoren die wijkspecifiek zijn, dat wil zeggen: factoren die
    slechts voor één of twee wijken van invloed zijn. Voorbeelden hiervan zijn slechte fietsenstallingen, goede bereikbaarheid met de auto of de kwaliteit van de infrastructuur. Het is dus van belang dat in het vervolg, en dit onderzoek is daar een goede aanzet toe, wordt gekeken naar kenmerken en problematiek van specifieke wijken, in plaats van wijken in het algemeen. Op die manier kunnen de doelen die gesteld worden doeltreffender worden benadert en meer probleemgericht worden nagestreefd.

Relevantie

Scroll naar boven