PricewaterhouseCoopers Belastingadviseurs hebben het Belastingplan 2010 waarin een en ander wordt voorgesteld doorgelicht. Ze komen tot de conclusie dat werkgevers de mogelijkheid voor werknemers om - in het kader van flexibele arbeidsvoorwaarden - een fiets te kopen vanuit hun brutoloon zullen moeten schrappen als de plannen doorgaan. Op Prinsjesdag zijn in het kader van Belastingplan 2010 ingrijpende wetsvoorstellen gepresenteerd voor de loonheffingen. 
Eén van de wetsvoorstellen is om het merendeel van de huidige (deels) onbelaste vergoedingen en verstrekkingen die een werkgever aan zijn werknemers kan verstrekken met ingang van 1 januari 2011 te laten vervallen, zo stellen de belastingsadviseurs van PwC. Hiervoor in de plaats komt de zogenaamde werkkostenregeling. De werkkostenregeling is een vrijstelling van 1,5% van de fiscale loonsom (exclusief eindheffingsbestanddelen) voor vergoedingen en verstrekkingen, ongeacht de vraag in welke mate daarin een beloningselement te onderkennen valt. Naast dit 1,5% forfait zal er een aantal aanvullende gerichte vrijstellingen komen, onder andere voor zakelijke reiskosten (zowel dienstreizen als woon-werkverkeer). Voor zover het totale bedrag aan vergoedingen en verstrekkingen meer bedraagt dan 1,5% van de totale loonsom én geen gerichte vrijstelling aanwezig is, komt de loonheffing die verschuldigd is over het meerdere via eindheffing voor rekening van de werkgever. Het eindheffingtarief bedraagt 80%. 

Eén van de vergoedingen/verstrekkingen die onder dit 1,5% forfait gaat vallen is de vergoeding/verstrekking van een fiets. Vergoedingen en verstrekkingen die binnen dit forfait vallen, zullen ook geen normeringen en beperkingen meer kennen. De fiets zal dan voor de waarde in het economische verkeer – in beginsel de consumentenprijs – moeten worden meegeteld in de grondslag van het forfait! 'Kortom, vanaf 1 januari 2011 is het dan niet meer van belang of de fiets al dan niet voldoende voor woon-werkverkeer wordt gebruikt, of de werknemers in de afgelopen drie jaar al een fiets heeft ontvangen, wat de aanschafprijs van de fiets is en wat de waarde is van de met de fiets samenhangende zaken', aldus PwC. De vergoede of verstrekte fietsen aan werknemers ‘vullen’ voor de waarde in het economische verkeer het 1,5%, bij overschrijding van dit forfait vindt zonder nadere afspraken tussen werkgever en werknemer de eindheffing van 80% plaats. 'Dit betekent een grote verandering ten opzichte van de huidige fiscaal vriendelijke fietsregelingen. Een consequentie kan zijn dat werkgevers de mogelijkheid voor werknemers om in het kader van een flexibel arbeidsvoorwaarden systeem een fiets te kopen vanuit hun brutoloon zullen (moeten) schrappen. Immers, deze mogelijkheid beperkt het budget dat de werkgever heeft om andere (zakelijke) kosten te vergoeden.' 

PwC acht de kans dat het voorstel wordt aangenomen groot. Dan zou volgens hen aanpassing van de Wet op de loonbelasting 1964 nog een mogelijkheid zijn de fiscale voordelen voor de fiets in stand te houden. 
Inmiddels hebben ook BOVAG en RAI zich tegen de plannen gekeerd. Beide organisaties maken zich er juist sterk voor de bedrijfsfietsenregeling op te rekken tot €2000,-, zodat ook de elektrische fiets er in zou passen. Eerder al stelden de Kamerleden Roefs (PvdA) en Koopmans (CDA) voor het Belastingsplan 2010 juist daarvoor te gebruiken. Ook de Fietsersbond heeft zich tegen de voorstellen gekeerd.