Samenvatting en conclusies
1. Samenvatting
onderzoek
De gemeente Delft is in maart 1999 gestart met de aanleg van de intelligente verlichting in het recreatiegebied Kerkpolder. Om te weten te komen of deze intelligente verlichting (het gevoel van) sociale veiligheid inderdaad vergroot, zijn er voor de aanleg 300 bezoekers van het gebied ondervraagd (nulmeting) en na de aanleg 307 bezoekers (effectmeting). Het ondervragen vond plaats in de kantines van Zwembad Kerkpolder, D.S.V. Full Speed en D.V.V. Delft.
respondenten
Ruim driekwart van de respondenten uit de nul- en effectmeting komt uit Delft. De overigen komen uit de omgeving. De groep respondenten bestaat in beide metingen voor ongeveer de helft uit mannen en de helft uit vrouwen. De leeftijd van de respondenten uit de nul- en effectmeting ligt tussen de 15 en 85 jaar. Een op de vijf respondenten uit de nulmeting behoort tot de groep 15 tot 20-jarigen. In de effectmeting is dit aandeel een op de drie. Van de respondenten komt in beide metingen minimaal 95% 1 keer per week of vaker in het gebied.
aanpassingen
Naast het aanleggen van de intelligente verlichting zijn er ook bosschages gesnoeid. Van de fietsers die ook voor de aanpassingen in het gebied kwamen heeft 50% de gesnoeide bosschages en 85% de aangepaste verlichting opgemerkt. Onder bezoekers die met auto kwamen liggen deze percentages wat lager.
vervoermiddel
De belangrijkste twee vervoermiddelen waar de respondenten mee naar het gebied komen zijn de auto en de fiets. Onder vrouwen ligt het aandeel dat met de auto gaat hoger dan bij mannen. De belangrijkste reden voor het gebruik van de fiets is het ontbreken van een andere vervoersmogelijkheid. De auto werd zowel in de nul- als effectmeting door 6 van de 10 vrouwelijke respondenten die met auto zijn gekomen uit veiligheidsoverwegingen gebruikt. De mannelijke respondenten gebruiken de auto vooral voor het gemak.
Een derde van de respondenten in de nulmeting gebruikte voor zonsondergang een ander vervoermiddel om naar het Kerkpolder gebied te gaan dan na zonsondergang. In de effectmeting is dit iets minder dan een kwart. Onder vrouwen is dit aandeel in de nulmeting twee keer en in de effectmeting drie keer zo groot als onder mannen. Het vervoermiddel dat overdag wordt gebruikt (het gaat hierbij met name om de
fiets) geeft in het donker een onveilig gevoel. Zowel bij vrouwen als bij mannen is in de effectmeting het aandeel dat om deze reden 's avonds een ander vervoermiddel gebruikt dan overdag afgenomen.
Van de respondenten die voor de aanpassingen altijd met de auto in het gebied kwamen, neemt 5% na de aanpassingen (ook) wel de fiets. Een kleiner deel heeft de fiets ingeruild voor de auto.
route
De meest gebruikte routes naar het Kerkpoldergebied in de nulmeting waren de Kerkpolderweg en het Zwembadpad. Hieraan is weinig veranderd. Dit zijn de routes die voor automobilisten goed toegankelijk zijn. In de effectmeting blijken fietsers zich bijna evenredig te verspreiden over de vijf routes. In de nulmeting werd met name de Tanthofkade door fietsers slechts beperkt gebruikt.
Ongeveer een vijfde van de respondenten neemt in het donker een andere route dan wanneer het licht is. Zowel in de nul- als effectmeting nemen relatief meer vrouwen dan mannen 's avonds een andere route dan overdag. Onder vrouwen was dit in de nulmeting een derde en in de effectmeting een vijfde. Het nemen van een andere route heeft vooral te maken met het onveilige gevoel dat de betreffende route in het donker geeft.
Van de fietsers neemt 6% een andere route dan voor de aanpassingen.
verlichtingssituatie
Het gemiddelde rapportcijfer voor de verlichtingssituatie in het Kerkpoldergebied lag in de nulmeting bijzonder laag. Gemiddeld gaven de respondenten een 1,9. Bijna alle respondenten gaven een onvoldoende. Er bleek onder de respondenten dan ook een grote behoefte te zijn aan verbetering van de verlichtingssituatie in het gebied. In de effectmeting kreeg de verlichting gemiddeld een 6. Nu geeft nog 31% een onvoldoende. Ruim tweederde van de respondenten die ook voor de aanpassingen in het gebied kwamen vinden de verlichtingssituatie verbeterd. Onder fietsers ligt dit nog hoger.
overzichtelijkheid
Om het gebied overzichtelijker te maken zijn er bosschages gesnoeid. Gemiddeld gaven de respondenten uit de effectmeting een 5,8 voor de overzichtelijkheid (37% onvoldoende). Ruim een derde van de respondenten die voor de aanpassingen in het gebied kwam vindt de overzichtelijkheid verbeterd. Onder fietsers is dit de helft.
sociale veiligheid
Het gemiddelde rapportcijfer dat de respondenten in de nulmeting gaven voor het gevoel van sociale veiligheid na zonsondergang is een 3,2 (89% onvoldoende). Vóór zonsondergang was dit een 6,4 (21% onvoldoende). Bij vrouwen lagen deze twee cijfers gemiddeld lager dan bij mannen. Ten opzichte van de nulmeting is het cijfer voor (het gevoel van) sociale veiligheid na zonsondergang zowel bij vrouwen als bij
mannen met twee punten gestegen. Vrouwen geven nu een 4,9 (was 2,8) en mannen een 5,9 (was 3,6). Gemiddeld komt het cijfer voor (het gevoel van) sociale veiligheid uit op een 5,4 (53% onvoldoende). Het gevoel van sociale veiligheid voor zonsondergang steeg van 6,4 in de nulmeting naar 7,1 (6% onvoldoende) in de effectmeting. Fietsers geven gemiddeld een hoger cijfer dan bezoekers met de auto.
De helft van de bezoekers vindt (het gevoel van) de sociale veiligheid in het gebied na zonsondergang verbeterd. Onder fietsers ia dit tweederde. Vrijwel geen enkele bezoeker vindt het verslechterd.
Van alle ondervraagde personen vindt bijna driekwart dat er nog mogelijkheden zijn om de sociale veiligheid in het gebied te vergroten. Ruim tweevijfde van de respondenten geeft aan dat betere of andere verlichting hierbij een rol moet spelen.
2 Conclusies
Het project omtrent de intelligente verlichting behelsde zowel aanpassingen aan de verlichtingssituatie als aanpassingen aan de groenvoorzieningen in het Kerkpoldergebied. De aanpassingen zijn niet onopgemerkt gebleven. Het snoeien van de bosschages is door de helft, en de aanleg van de intelligente verlichting door ruim driekwart van de fietsers opgemerkt.
In hoeverre hebben deze aanpassingen de situatie verbeterd? Volgens:
* eenderde van de bezoekers is de overzichtelijkheid van het gebied verbeterd;
* tweederde van de bezoekers is de verlichtingssituatie in het gebied verbeterd.
De procentuele stijging van het aantal respondenten dat een voldoende geeft voor de verlichtingssituatie is zelfs verbluffend. Voor de aanpassingen gaven bijna alle respondenten aan de verlichtingssituatie een onvoldoende. Nu geeft ongeveer tweederde hiervoor een voldoende. Verbetering van de overzichtelijkheid en de verlichtingssituatie zou moeten leiden tot vergroting van het gevoel van sociale veiligheid in het gebied. Volgens:
* de helft van de bezoekers is het gevoel van sociale veiligheid in het gebied na zonsondergang verbeterd.
* een kwart van de bezoekers is het gevoel van sociale veiligheid in het gebied voor zonsondergang verbeterd.
Dit uit zich in de beoordeling van het gevoel van sociale veiligheid na zonsondergang. Voor de aanpassingen gaven bijna alle respondenten voor dit aspect een onvoldoende. Nu geeft ongeveer driekwart hiervoor een voldoende. Opmerkelijk is dat ook het gevoel van sociale veiligheid in het gebied voor zonsondergang (wat gemiddeld al een voldoende kreeg) beter wordt beoordeeld dan voor de aanpassingen.
Verandering van het gevoel van sociale veiligheid zou van invloed kunnen zijn op de keuze voor een vervoermiddel en route. Gedrag is echter een moeilijk te beïnvloeden factor. Een aantoonbare gedragsverandering is dan ook niet gevonden. Bezoekers die ook voor de aanpassingen in het gebied kwamen, blijken bijna allemaal nog steeds dezelfde route en hetzelfde vervoermiddel te gebruiken.
Op basis van onderzoeksgegevens kan niet anders geconcludeerd worden dan dat het project (meer dan) geslaagd is. Driekwart van de bezoekers vindt evenwel dat er nog mogelijkheden zijn om de sociale veiligheid in het gebied te vergroten. Verdere aanpassingen aan de verlichtingssituatie zouden hierbij de meeste aandacht moeten krijgen.