De visie is gestoeld op drie actielijnen die de intenties van de provincie duidelijk maken:
1. Comfort en gemak verhogen. De aanleg en het verbeteren van het fietsnetwerk, zowel recreatieve als utilitaire verbindingen, en het uitbreiden en verbeteren van fietsparkeervoorzieningen. Het verhogen van het comfort en gemak voor de fietser staat hierbij centraal.
2. Verleiden mobilist. Het verleiden van specifieke doelgroepen om meer gebruik te maken van de fiets. De doelgroepen ‘forenzen’ en ‘schoolgaande jeugd’ (zowel basis- als middelbare school) worden het meest kansrijk geacht.
3. Elkaar versterken. Het versterken van de samenwerking tussen de verschillende fietspartners en tussen de beleidsterreinen binnen de provinciale organisatie geeft een vliegwieleffect voor het bereiken van (gezamenlijke) resultaten. Tevens wordt binnen deze actielijn ook de communicatie en promotie van de fiets gestroomlijnd.
De actielijnen zijn eerst vertaald in drie mogelijke scenario's. Een 'Status quo', 'Een tandje erbij' en 'In de hoogste versnelling.' Optie 1 leidt tot het handhaven het huidige percentage fietsverplaatsingen in de provincie op 24 procent (tegen 26 procent landelijk). Met een tandje erbij komt men op 26-27 procent. En in de hoogste versnelling tot 28-30%. In het laatste scenario moet de provincie een duidelijke voortrekkersrol gaan vervullen, worden meerdere fietssnelwegen aangelegd en komt er breed uitgerold fietsleensysteem. Verder wordt geïnvesteerd in schoolroutes, komt er een fietskennispunt en gaat Brabant Europees aan te weg timmeren.
De Brabantse partijen in fietsbeleid kozen voor de meest ambitieuze variant, In de hoogste versnelling.