Nu worden kinderen vaak nog met de auto gebracht. Hoe vaak, is overigens niet precies bekend. Veel onderzoeken die daarover gaan zijn gedateerd en de cijfers lopen nogal uiteen. Zo varieert het autogebruik naar school in verschillende onderzoeken van ongeveer 1 op de 6 kinderen, tot 1 op de 3 kinderen die met de auto worden gebracht. Het lijkt er op dat het er steeds meer worden.
Wel is bekend dat ongeveer 60 procent van de kinderen wordt begeleid naar school. Dit begeleiden gebeurt ook vaak te voet of per fiets. Gemiddeld gaan kinderen rond 9 jaar zelfstandig naar school.
Doorrijden naar het werk en het weer zijn belangrijke redenen voor ouders om de auto te gebruiken. Een flink deel van de ouders (een derde) brengt de kinderen overigens niet elke dag op dezelfde wijze naar school, soms met de auto en soms te voet of op de fiets.
Zowel uit gezondheidsoverwegingen als uit verkeersveiligheidsoverwegingen is er veel voor te zeggen het lopen en fietsen naar school te stimuleren. De verkeersveiligheid is er direct bij gebaat, maar volgens het rapport is uit recent onderzoek ook gebleken dat het opdoen van verkeerservaring belangrijker is dan educatie, waarmee kinderen zich ook op latere leeftijd veiliger in het verkeer zullen begeven.
Een verkeersveilige schoolomgeving en veilige schoolroutes zijn voorwaarden om kinderen zelfstandig naar school te laten gaan. Zaken die daarbij een belangrijke rol spelen zijn de snelheid van het autoverkeer, goede oversteken van gebiedsontsluitingswegen en vrij uitzicht voor kinderen tussen straat en stoep.
Ouders geven in verschillende onderzoeken aan dat ze het gezellig vinden hun kinderen naar school te begeleiden op de fiets of lopend. Daar zitten wellicht aanknopingspunten in voor campagnes.
Verder zou het thema kunnen worden meegenomen in het kader van mobiliteitsmanagement, gegeven het feit dat ouders vaak de auto pakken omdat ze daarmee toch naar het werk moeten.
Ook kan men ouders informeren over wat kinderen op bepaalde leeftijd wel kunnen en niet kunnen. De meeste kinderen kunnen vanaf 9 jaar alleen naar school fietsen, maar ouders hebben soms “loslaat” angst. Wat daarbij helpt is het fietsgedrag van kinderen te laten observeren door een deskundige derde, een fietsdocent, een ervaren andere ouder, een buurtsportcoach of gymleraar. Ook kan men op informele wijze de fietsvaardigheid van kinderen en ouders verbeteren. Belangrijk daarbij is het plezier van het fietsen voorop te stellen. Inspiratie kan bijvoorbeeld worden opgedaan bij het Schoolfietsplan Leeuwarden.