Hoewel (niet-westerse) allochtonen aanzienlijk minder fietsen, zal de verwachte groei van het aantal allochtonen nauwelijks invloed hebben op het fietsgebruik van de gemiddelde inwoner van Nederland. In een globale prognose voor het jaar 2025 stijgt het aandeel niet-westerse allochtonen van 6,3% van de bevolking naar 8,6%. Het gemiddelde fietsgebruik in Nederland daalt hierdoor met 1,8% in twintig jaar tijd. In tweederde van de gemeenten zal het fietsgebruik niet of nauwelijks dalen. Dat geldt ook voor grote steden. Het aandeel allochtonen zal namelijk in de komende decennia niet verder toenemen in Amsterdam en Rotterdam. In veel kleine en middelgrote gemeenten in het westen van het land is wel een substantiële afname te verwachten van het fietsgebruik als gevolg een toename van het aandeel allochtonen. De suburbanisatie van de allochtonen leidt hier tot een daling van het fietsgebruik van de gemiddelde inwoner met 2,5% tot 7,5%. Het fietsgebruik van de suburbane allochtoon zal echter hoger zijn dan dat van de allochtonen in de grote steden. Het aanbod van openbaar vervoer is in de suburbane kernen namelijk aanzienlijk kleiner dan in de grote steden. Bovendien is de kwaliteit van de fietsinfrastructuur veelal weer beter.